“Ik rijd elke dag over mijn eigen asfalt,” zegt Koen Deckers met merkbare trots. “Het asfalt van de nieuwe toplaag op de autosnelweg in Wilsele en Holsbeek, waar ik woon, dat is mijn ontwerp. Het is een beetje stoef misschien, maar het blijft bijzonder om letterlijk over je eigen werk te rijden.”

Het is een gevoel dat hij kent uit een ver verleden, toen hij als jongere tuinen aanlegde. “Twintig, dertig jaar later kom je erlangs en denk je: hier heb ik aan meegewerkt.” Maar tussen die tuinen en het asfalt waar hij nu over spreekt, ligt een fascinerend carrièrepad dat via de labo’s van AB InBev en een innovatief familiebedrijf in Laakdal uiteindelijk naar de asfaltcentrales van Stadsbader Contractors leidde, waar hij als asfalttechnoloog de perfecte asfaltrecepten uitwerkt.

Een zoeker die zijn weg vond

Koen Deckers, asfalttechnoloog bij Stadsbader Contractors

Koens verhaal begint met een studieparcours dat op zijn zachtst gezegd divers te noemen is. Van elektromechanica switchte hij naar chemie, om uiteindelijk te landen bij biotechnologie. “Mijn omgeving kent mijn studieverleden,” lacht hij. “Die weten dat ik me goed kan aanpassen.”

Dat aanpassingsvermogen bracht hem in 2009 naar het verpakkingslabo van AB InBev, waar hij acht jaar lang in de R&D-afdeling werkte aan nieuwe tapsystemen, zoals het PerfectDraft systeem voor de wereldwijde markt, van Europa tot Latijns-Amerika en Brazilië. “Het was fascinerend werk, je kwam in contact met de hele wereld,” vertelt hij. “Maar na acht jaar was het tijd voor iets anders.”

Dezelfde puzzel, andere stukjes

De overstap naar asfalt verliep via een onverwachte tussenstop: bij Thio Materials werkte Koen met zwavelbeton, beton gebonden met zwavel in plaats van cement.

“Zwavelbeton heeft eigenlijk meer gemeen met asfalt dan met beton,” legt Koen uit. “Je moet de zwavel opwarmen tot het vloeibaar wordt en dan weer afkoelen. Dat is hetzelfde bindprincipe als bitumen bij asfalt.”

Tijdens deze periode contacteerde een oude collega van AB InBev hem over een vacature bij Stadsbader Contractors. Die vraag zou zijn carrière een definitieve wending geven.

“Wat er aan de buitenzijde heel anders uitziet, heeft veel gemeenschappelijke factoren,” reflecteert Koen. “Onderzoek, kwaliteit bewaken, kritisch denken, communiceren met verschillende mensen op alle niveaus. Het is gewoon een ander materiaal.”

Als asfalttechnoloog bij Stadsbader Contractors is Koen nu verantwoordelijk voor het complete traject: van het ontwerpen van asfaltmengsels tot de kwaliteitsopvolging op de werven. “Je staat in contact met mensen die ieder hun eigen expertise en ervaring hebben. Laboranten, centralisten, overheid, werfleiders, iedereen is deel van de puzzel. Dat vind ik fantastisch.”

Voor wie durft te springen

Van de vijf collega’s uit het verpakkingslabo van AB InBev werken er nu drie bij Stadsbader Contractors: als laborant, veiligheidsadviseur en asfalttechnoloog. Het illustreert perfect wat Koen benadrukt: de sector staat open voor diverse achtergronden. “Er bestaat geen studie tot asfalttechnoloog in België. Normaal zoeken ze een ingenieur voor mijn functie, maar door het tekort stellen werkgevers zich open voor mensen met een andere achtergrond.”

Toch was het even slikken in het begin, daar is Koen eerlijk over. Het eerste half jaar was geen rozengeur en maneschijn voor hem. “Je moet alles inhalen, alles komt tegelijk op je af.” Hij herinnert zich nog zijn beginnersfout met een vliegtuigparking die weer uitgebroken moest worden. “Met zo’n 400 receptaanpassingen per jaar kan er wel eens iets mislopen,” zegt hij nuchter.

Maar de voldoening weegt ruimschoots op tegen de uitdagingen. “Klanten die tevreden zijn en dat laten weten, daar krijg ik het beste gevoel van. En als ik na vijf jaar over een stuk weg rijd en zie dat het er nog goed bij ligt, dan denk ik: yep, goed gedaan.”

Als hobby brouwt Koen nog steeds bier, “speciallekes met smaken van chocolade of cider.” Voor twijfelaars heeft hij een duidelijke boodschap: “Het is voor mensen die graag met anderen samenwerken en nieuwe zaken leren. Na acht jaar bij Stadsbader Contractors  is er nog steeds geen dag dat ik me verveel.”

En die geur van asfalt waar mensen hem voor waarschuwden? “Ik kwam van zwavelbeton,” grijnst hij. “Daar hing ook een geurtje aan bij productie. De overstap was ook op dat vlak een positieve evolutie.”

De asfaltsector heeft jou nodig. Niet ondanks je achtergrond in een andere industrie, maar juist daarom. Want de beste innovaties komen van mensen die durven denken: dat kan ook anders.

Deel dit artikel op