Asfalt is een mengsel van stenen, zand, vulstof en bitumen

Stenen

Stenen worden voornamelijk ontgonnen in steengroeves, waar deze worden gebroken en gezeefd tot verschillende gradaties. Afhankelijk van de eigenschappen van de stenen, kunnen ze geschikt zijn voor gebruik in bepaalde asfaltmengsels. Er worden eisen gesteld naar vorm, hardheid, stroefheid, enz. Deze eigenschappen zullen bepalen of een steen bijvoorbeeld mag worden gebruikt in een toplaag, in een onderlaag, of zelfs helemaal niet mag gebruikt worden in asfalt.

Zand

Zand kan zowel afkomstig zijn van het breekproces van natuurlijke stenen (brekerzand), als van het baggeren van zee en/of rivieren (natuurzand), en heeft een korrel die tussen 2 mm en 0,063 mm groot is. Het brekerzand heeft een hoekige vorm, terwijl het natuurzand een ‘rond’ zand is. Ook hier wordt, afhankelijk van de toepassing, gekozen voor het meest geschikte zand.

Vulstof

Vulstof is de fijnste fractie in het asfaltmengsel namelijk een korrel welke kleiner is dan 0,063 mm. Vulstof is afkomstig van:

  • het stof bekomen bij vermalen van natuurlijke stenen zoals kalksteen, porfier,
    zandsteen…
  • vliegassen afkomstig van elektriciteitscentrales welke werken met steenkolen
  • vliegassen afkomstig van afvoergassen bij het drogen van het slib bij
    waterzuiveringsinstallaties
  • vliegassen afkomstig van het verbranden van huisvuil
  • vliegassen afkomstig van composteringsinstallaties

Vulstof vormt samen met bitumen de mastiek in het asfalt. Het stabiliseert de bitumen en vormt samen met de bitumen de ‘lijm’ in het asfalt. De vulstof vult de holtes/poriën tussen de zandkorrels en draagt zo bij tot de stabiliteit van het mengsel. Ook het zand en de stenen (zie hoger) dat wordt gebruikt, bevat een kleine hoeveelheid vulstof. Deze vulstof wordt tijdens het productieproces, met behulp van een filterinstallatie, gerecupereerd om vervolgens onder gecontroleerde omstandigheden terug in het productieproces te doseren.

Bitumen

Bitumen is een residu dat wordt bekomen tijdens de raffinage van geselecteerde ruwe aardolie. Het bitumen doet dienst als bindmiddel in het asfalt. Bitumen is beschikbaar in verschillende ‘grades’. Met de grade van het bitumen wordt aangegeven hoe hard of zacht een bindmiddel is bij een bepaalde temperatuur. Opnieuw wordt ook in dit geval, afhankelijk van het type asfalt, een keuze gemaakt welk bitumen gebruikt kan/mag worden.

Recyclage van oud asfalt in de productie van nieuw asfalt, wint de laatste jaren meer en meer aan belang. Vandaag de dag wordt in veel asfaltmengsels een belangrijk deel van de grondstoffen vervangen door de toepassing van asfaltgranulaat. Het asfaltgranulaat wordt opgefreesd/opgebroken wanneer een oude asfaltverharding wordt vervangen. Het wordt vervolgens bewerkt en beproefd, om vervolgens te hergebruiken in het nieuwe asfalt. Het aandeel asfaltgranulaat dat zo hoogwaardig in nieuw asfalt wordt hergebruikt bereikt percentages tot 50% en hoger. Deze recycleerbaarheid in dergelijke hoogwaardige toepassing is voor asfalt een troef die niet kan worden overschat.